Toch vind ik ook dat werkgeluk iets is waar de medewerker zelf ook een hele grote verantwoordelijkheid in heeft. Als wij over onze cultuur vertellen, schieten mensen gelijk in redenen waarom dit bij de organisatie waar zij werken niet kan. “Ja, maar wij hebben een cao”, “Ja, maar onze CEO wil dit niet”, “Ja, maar bij ons werken laaggeschoolde mensen”. Maakt dat daadwerkelijk verschil? Misschien tot op bepaalde hoogte, maar we hebben allemaal invloed en we kunnen allemaal dingen veranderen. Gelukkig zijn in je werk is ook eigen verantwoordelijkheid. Al kun je het als werkgever net zo hard weer verpesten. Werkgeluk is voor mij een gedeelde verantwoordelijkheid.’
‘Dat is een beetje het probleem met werkgeluk: het is niet voor iedereen gelijk, iedereen ervaart werkgeluk anders. Bij mij en vanuit AFAS zit het heel erg in vertrouwen, vrijheid en verantwoordelijkheid geven aan medewerkers. En zingeving en autonomie vinden we ook belangrijke punten. Wij vinden dat als je bij AFAS bent, dat het gewoon leuk moet zijn. Alleen het feit dat je écht vertrouwen krijgt en je werk zo mag invullen zoals jij denkt dat goed is, is voor ons heel belangrijk. Vertrouwen en vrijheid vormen de basis.’
‘We doen veel dingen voor medewerkers, maar geloven er niet in om dingen te verplichten. We bieden dingen aan en een medewerker bepaalt wat hij of zij fijn vindt en waar diegene bij aanwezig wil zijn of aan mee wil doen. Maar dat vertrouwen en die vrijheid is voor iedereen gelijk. Dus er is een basis waar iedereen gebruik van mag maken en mocht er maatwerk nodig zijn, dan kan dat. Daarnaast zijn wij ervan overtuigd dat de sfeer en cultuur op het werk en je thuisvoelen op het werk ook erg belangrijk zijn. Je kunt als organisatie alles kopiëren wat wij doen, maar dat betekent niet dat het hetzelfde effect heeft als bij ons. Dit ligt ook aan je cultuur en het totaalplaatje. Het zit niet in één onderdeel, maar in heel veel onderdelen die samen ervoor zorgen dat je je hier thuis voelt en op je gemak voelt en dat je werkgeluk ervaart. En dat totaalplaatje is dus voor elke organisatie anders.’
‘Ik denk dat de grootste verpester van wergeluk angst is. En dat zit hem in angst voor je leidinggevende, angst voor reorganiseren, angst voor je baan verliezen, noem maar op. Dit kan je bij medewerkers voorkomen door openheid, transparantie en duidelijkheid, want angst komt vaak voort uit onduidelijkheid of onzekerheid. Door open met elkaar te praten, kan je de angst van mensen beperken. Bij ons is alles inzichtelijk voor iedereen, wat veel duidelijkheid geeft en wat ervoor zorgt dat iedereen weet waar hij aan toe is. En als ze dat niet zo is, ontstaat angst en angst is heel lastig te managen en een slechte voor je werkgeluk.’
‘Ik vergelijk het weleens met mijn vorige werkgever. Daar had ik fantastische collega’s en een leuke baan, maar op een gegeven moment had de organisatie het zelf niet meer onder controle. Onzekerheid of je je salaris zou krijgen, denken dat je voor iets verantwoordelijk bent, maar er dan toch achter komen dat je geen eigen keuzes mag maken. Of als je om half zes naar huis ging, kreeg je standaard de opmerking; “Werk je tegenwoordig halve dagen?”. Dat zorgde op een gegeven moment voor een vervelend onderbuikgevoel, waarbij je niet jezelf kan zijn, niet meer kan zeggen wat je wil en niet meer die vrijheid ervaart. En hier heb ik het gevoel dat ik echt de regie heb over mijn dag en mijn werk. Het onderling met elkaar omgaan en het feit dat niks te gek is en de interesse in elkaar, dat vind ik heel bijzonder. En dat maakt voor mij in ieder geval dat ik heel veel werkgeluk ervaar.’.